Het brakke water komt normaal gesproken tot aan Hoogvliet, maar in droge zomers kan het tot aan de oostkant van Rotterdam komen. Eb en vloed stoppen hier echter niet. Tot aan Gorinchem toe reikt de invloed van de zee en is er twee keer per dag sprake van vloed met daartussen eb. In dit zoetwatergetijdengebied groeien tal van bijzondere planten die gespecialiseerd zijn in het overleven van een twee maal daagse onderdompeling, zoals spindotters en zomerklokjes.
Kraakhelder water
In de Oude en Nieuwe Maas bij Rotterdam is het verschil tussen eb en vloed ruim 1 meter, maar verder stroomopwaarts dooft de getijdengolf langzaam uit. Door het getij stroomt het rivierwater behoorlijk hard en slijt het geulen van tientallen meters diep uit. Buiten die geulen stroomt het echter minder hard en het slibrijke water verliest hier zijn sediment. De voedselrijke getijdemoerassen werken zo als waterberging én als waterzuivering. Met elke vloed groeien de platen en oevers van het getijdengebied hoger, tot wel een meter per eeuw.
Paradijs voor vogels en planten
Ook in het zoetwatergetijdengebied trekken met droog vallende slikken veel vogels aan. De platen slibben echter dag in dag uit hoger op en na jaren is het hoog genoeg voor de eerste planten om er te overleven: biezen zoals mattenbies, zeebies en driekantige bies. Decennia later, als de plaat nog hoger opgeslibd is, kan ook riet gaan groeien, met daartussen zoetwatergetijdenpecialisten zoals spindotter en zomerklokje. Nog weer jaren later kunnen de eerste wilgen er groeien en bij verdergaande opslibbing verschijnt langzaam hardhoutooibos met meidoorns, vlieren, essen en eiken. Vanaf dat moment overstroomt het bos niet meer dagelijks, maar alleen nog met springtij of een westerstorm. Tijdens zo’n storm komt het water gemakkelijk één meter hoger dan gebruikelijk. Bij eb is de bodem dan nog vaak zo doorweekt dat grote wilgen makkelijk omwaaien. De wilgen groeien echter opnieuw uit, de wortelkluit huisvest planten die het liever wat droger hebben en de achtergebleven kuil wordt door bruine kikkers en padden gebruikt als voortplantingspoel.