Storm vernietigt én schept nieuwe kansen. Vers opgewaaid zand langs kust en rivier, en open plekken in het bos bieden plek aan pionierplanten. Op zee brengt storm voedingsstoffen in omloop die tot een explosie van leven leiden.
Feiten en cijfers
1
In de kluit van een ontwortelde boom kan een ijsvogel goed terecht om een nest te bouwen.
2
Het gat dat de boomwortel achterlaat wordt vaak een minipoeltje met eigen bewoners.
3
Dood hout is een belangrijke bron van voedsel voor vele insecten en schimmels. Wel de helft van de bossoorten is op een of andere manier afhankelijk van dood hout.
4
Stroomdalvegetatie is afhankelijk van vers opgestoven zand. Vanaf windkracht vijf begint zand te stuiven
5
Het hoogste rivierduin in Nederland is te vinden in de Millingerwaard
6
Door storm losgeslagen schelpen, zeesterren en gesneuvelde vissen vormen een feestmaal voor aaseters op het strand.
7
Veel planten maken zaden die speciaal geschikt zijn om door de wind te worden vervoerd.
Ijsvogel © Twan Teunissen
Omgevallen bomen zijn onmisbaar voor het ecosysteem.
Zwam op hout © Sabine Wolters
Stroomdalflora Bisonbaai © Twan Teunissen
Millingerduin © Twan Teunissen
Vin en zwarte kraai © Ernst Schrijver
Meidoorn en paardenbloem in de Ooijpolder © Twan Teunissen

Voedzame soep

Storm zet de grote kringloop van het leven in de hoogste versnelling. Op de Noordzee slaat de storm onder water zwakke en dode organismen los en neemt ze mee met de stroom. Als eerste profiteren de meeuwen hiervan, die hebben een feestmaal aan losgeslagen zeesterren en zeeëgels en gesneuvelde vis. Een deel van de zeebodem woelt los en daarmee komen voedingsstoffen die in de bodem ‘gevangen’ zitten beschikbaar. Algen kunnen snel groeien op dit extra aanbod van voedsel, zeker als de zon na de winter weer in kracht toeneemt. De algen staan onder aan de voedselpiramide – schelp- en schaaldieren en vissen profiteren over een tijdje van het extra voedsel. Winterstorm helpt de algenbloei in het voorjaar. Storm zet kringloop Noordzee in hoogste versnelling | ARK Rewilding Nederland

Wandelend duin  

Aan de kust maakt de wind nieuwe duinen op het strand of in de bestaande duinen. Direct achter de eerste duinenrij kunnen enorme zandvlaktes ontstaan: Stuivend zand creëert aan de ene kant diepe kuilen en overstuift aan de andere kant de bosjes op de oude duinen. Ademhappend steken de toppen van dit duinstruweel nog even boven het zand uit, om uiteindelijk gezandstraald te sterven. Tegelijkertijd schept dit wandelend duin nieuw leven. Aan de lijzijde van de eerste duinenrij liggen de maagdelijke gronden voor de pionierplanten. Hier bloeit een zee van tienduizenden blauwe zeedistels. Elders groeit weer veel zeewolfsmelk, ook een plant die afhankelijk is van voldoende dynamiek in de duinen

Rivierduinen

Vanaf windkracht vijf wordt het zand van de rivierstrandjes opgeblazen tot metershoge duinen. Vroeger werden deze duinen bemest, ingezaaid en regelmatig afgegraven. Sinds een paar jaar mogen de rivierduinen weer spontaan groeien, zoals in de vrij toegankelijke Klompenwaard en Millingerwaard. Aan het eind van de winter bestaat het duin grotendeels uit kaal zand. In het voorjaar beginnen daarop plantjes te groeien. Duinriet, zegges en handjesgras leggen het zand vast en worden gevolgd door een zomerse bloemenweelde van wilde kruisdistel, brede ereprijs en grote centauri. Veel planten die alleen langs de rivier voorkomen groeien op het duin. Deze zogeheten stroomdalplanten houden van de dynamische, warme en kalkrijke duinen.  En tussen de planten vliegen en lopen ontelbaar veel insecten, waaronder zandbijen, nachtvlinders en zandloopkevers. In rivierduinen zijn veel konijnen te vinden. Bergeenden maken hier handig gebruik van door te broeden in verlaten konijnenholen. Kleine plevieren broeden op het kale zand, veldleeuweriken en gele kwikstaarten juist op meer begroeide delen.

Cyclus van bos en open land

Storm brengt openheid in het bos. Dit biedt volop kansen aan bloemrijk grasland. Zonlicht laat struiken en bloemen bloeien, insecten floreren en daarvan profiteren vervolgens vogels. Tussen omgewaaide bomen krijgen jonge doornstruiken weer kans om te kiemen. Ze bieden bescherming aan de eerste jonge bomen. Zo ontstaat vanuit de nieuwe openheid op termijn nieuw open bos dat vanzelf weer langzaam dichter wordt. Een natuurlijk bos is een bos dat op deze manier voortdurend in beweging is. Storm is een essentieel onderdeel in deze natuurlijke boscyclus. Net als al die andere rampen, van bosbranden tot insectenplagen en boomziekten. Catastrofes starten de cyclus van open land naar bos opnieuw. Soms lokaal en soms op grote schaal, zoals na een grote bosbrand, grootschalige essentaksterfte of letterzetterplagen.

Image
Boscyclus zandgrond
Illustratie Jeroen Helmer.